Naast de VOC kon ook het octrooigebied van de WIC op belangstelling rekenen vanuit Gorinchem. Voornamelijk mannen vertrokken als militair naar Brazilië en als
werknemers of planters naar Suriname, Gyana, Berbice of Essequibo en Demarary. Ook op de westkust van Afrika waren op de slavenforten mannen afkomstig uit Gorinchem werkzaam. Zowel in Demarary
als in Suriname waren plantages met de naam Gorcum of Gorinchem. Beiden waren in handen van families die uit Gorinchem afkomstig waren. De uit Gorinchem afkomstige Paulus van der Veen was
Gouverneur van Suriname in de periode 1696-1707. Hij zou tot aan zijn dood directeur zijn van de Sociëteit van Suriname. Zijn schoonzuster Magdalena van Boxel- van Gelre was eigenaar van de
plantages Boxel. Gelre en Sinabo en beschreef in 1737 hoe een plantage aangelegd moest worden. Terwijl de ene de reis naar het gebied niet eens overleefde kreeg de ander een plantage in de schoot
geworpen. Allemaal mensen met een band met Gorinchem, allemaal mensen met een verhaal……